Los laten

“Die gastroscopie liever morgen dan vandaag. Vandaag bevalt mijn dochter. Ik wil graag naar haar toe als ze bevallen is, kan dat?” Vraagt een patiënt aan mij tijdens het visite lopen.

AlarmsymptoomDeze patiënt van middelbare leeftijd is sinds het weekend opgenomen op de afdeling waar ik stage loop. Ze had eerst een longontsteking waarvoor ze van de huisarts antibiotica had gekregen. Sinds enkele dagen braakt ze al het voedsel, drinken en medicijnen uit. Ze is opgenomen met uitdrogingsverschijnselen. In het ziekenhuis krijgt ze de antibiotica en vocht via het infuus. Ze herstelt van de longontsteking, maar kan nog geen eten en drinken binnen houden.

Het eten gaat al een tijdje moeizaam. Sinds een aantal weken heeft ze een weerzin tegen vlees. Ik leer dat dit een alarmsymptoom is voor slokdarmkanker.

Samen met de zaalarts kom ik haar vertellen dat we hopen dat de gastroscopie (maagonderzoek) vandaag nog kan plaatsvinden. We willen graag weten waarom ze niet kan eten. Tijdens de gastroscopie zal er meteen een maagsonde worden ingebracht om ondervoeding tegen te gaan. 

Te laat?In de middag kom ik bij haar terug voor een uitgebreide intake. Ze deelt met mij haar zorgen over haar dochter en de bevalling. Zij heeft eerder een doodgeboren kindje gebaard en ook deze zwangerschap is niet zonder complicaties. Op dit moment is de bevalling van haar dochter belangrijker dan haar eigen gezondheid.

Omwille van haar ongeboren kleinkind is ze onlangs gestopt met roken, “want dat is toch geen gezicht met zo’n kleintje?” Ik vrees dat het te laat is.

UitslagNa twee vrije dagen hoor ik dat de uitslag van de gastroscopie nog slechter was dan ik had gedacht. Het onderzoek wees naast een sterk vermoeden van slokdarmkanker, fistelvorming (onnatuurlijke opening) naar de longen uit. Dat verklaart waarom ze blijft hoesten en geen eten of drinken kan verdragen.

Tijdens het visite lopen vertelt ze over de uitslag die ze gisteren heeft gekregen. Ze deelt ook haar spanning voor het biopt van de okselklier. Deze moet meer duidelijkheid geven over de diagnose. Gelukkig kunnen we dit gesprek afsluiten met een goed bericht: haar dochter is bevallen van een gezonde dochter. Een lichtpuntje.

VertrouwenTijdens een lichamelijk onderzoek vertelt ze mij dat ze het contact met mij erg prettig vindt. Ze zegt: “als jij daar staat tijdens de grote visite met artsen en verpleegkundigen, dan kijk ik het eerst naar jou. Ik heb vertrouwen in jou!” Ze vindt het helemaal niet fijn dat mijn stage is afgelopen. Op mijn beurt merk ik dat ik het ook lastig vind om haar los te laten. Dat ik haar niet verder kan begeleiden bij de definitieve uitslag. Ook weet ik niet of er nog een behandeling mogelijk is. Als wijk- en dialyseverpleegkundige was ik gewend om patiënten langer te volgen. Ik had haar graag overgedragen aan mijn collega’s van de ZZG, met goede palliatieve zorg in het vooruitzicht. Dat had het misschien gemakkelijker gemaakt om dit contact af te sluiten.

Geschreven door Hester Gerritsen, physician assistant in opleiding.