Wijkverpleegkundige: mijn opleidingstraject

Emma van der Voorden, welkom. Leuk dat jij met deze podcast mee wilt doen.

[vraag] Kun je me aangeven - want je bent nog heel erg jong - hoe jouw traject geweest is tot noch toe?

[antwoord] Ik ben nu 24 jaar. En werk nu tweeënhalf jaar als wijkverpleegkundige in Beek en Ubbergen. Ik ben op mijn 16e begonnen met de hbo-v, dus ik was er al vroeg bij. Vanaf dat ik een jaar of acht was wist ik al dat ik de zorg in wilde. 

In de tijd dat mijn oudste zus ging studeren en ben ik meegegaan naar open dagen. We kwamen bij de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, waar ik een praktijkhuis van verpleegkunde zag. ‘Dit is het voor mij’ dacht ik direct. 

[vraag] Wat leuk. Vanaf de leeftijd van acht jaar, hoor ik je zeggen. Dat is hartstikke jong. Hoe uitte zich dat?

[antwoord] Altijd doktertje willen spelen. Ik ben vroeger veel in ziekenhuizen geweest en alles was al interessant. Ik wilde overal meer over weten. 

[vraag] Leuk dat je jouw interesse van jongs af aan, ook hebt omgezet in een opleiding tot wijkverpleegkundige.

[antwoord] Ja, ik ben hbo-verpleegkundige. All round verpleegkundige dus. Uiteindelijk heb ik ervoor gekozen in de wijkverpleging te werken, want dat paste het beste bij mij.

Eerste werkgever in de zorg 

[vraag] Is ZZG jouw eerste werkgever?

[antwoord] Ja. Ik heb vanaf mijn 15e in een verpleeghuis gewerkt. Dat begon met een zomerbaantje als huishoudelijke hulp. Daar bleek dat ze iemand in de keuken nodig hadden, dus dat ben ik gaan doen. 

Daarna hadden ze daar een zorgassisent nodig en ook dat ben ik gaan doen. Nadat ik mijn mijn propedeuse had gehaald, heb ik daar ook als verzorgende gewerkt. Bij zowel zorgappartementen met cliënten met somatische zorgbehoefte, als in de wijkverpleging.

Enthousiasme voor werken in de zorg

[vraag] En altijd heb je die prikkeling of dat enthousiasme voor het werken in de zorg gehouden?

[antwoord] Ja, het contact met mensen. Mensen kunnen helpen, in de functie die ik op dat moment uitvoerde. De dankbaarheid van de mensen, daar deed ik het voor. Daar doe ik het nog steeds voor.

Zorgmedewerker; keuzes en belangen

[vraag] Nu werk je in de wijk bij ZZG. Heb je daar ook specifiek voor gekozen of ben je er min of meer ingerold?

[antwoord] Nou het heeft wel even geduurd voordat ik dat uiteindelijk ontdekt had. Ik dacht vroeger altijd ‘ik wil het ziekenhuis in want daar gebeurt het spannendste. Ik wilde de hectiek opzoeken. Operaties, wonden en bloed’ ;) 

Ik heb daarom verschillende stages gelopen tijdens mijn opleiding. Mijn allereerste stage was in de wijkverpleging bij ZZG. Dat beviel me ontzettend goed. In het laatste jaar werd mij gevraagd een voorkeur voor een richting aan te geven. In eerste instantie dacht ik ‘Ik ga voor de veilige keuze. Ik kies voor de wijkverpleging waarvan ik weet dat ik dat ontzettend leuk vind’. Maar ik ben toen toch het ziekenhuis kant opgegaan. Maar achteraf bleek dat het niet te zijn. 

[vraag] Nee? Wat merkte je?

[antwoord] Je had er minder tijd voor de patiënten. En het ziekenhuis sfeertje was niet wat bij mij paste. Er wordt anders gekeken naar een patiënt, zo zie ik dat in ieder geval. Er wordt minder gekeken naar de persoon die in bed ligt, maar meer naar het ziektebeeld en dat past gewoon niet bij mij. Ik ben een mensenmens. Ik wil contact maken met mensen. Ik wil mensen leren kennen. 

[vraag] Je geeft daar iets opvallends aan; je vindt dus dat je nu meer tijd hebt voor mensen? Want we horen tegenwoordig natuurlijk ook vaak, dat de tijd voor cliënten er eigenlijk niet meer is. Of kijk jij daar anders tegen aan? 

[antwoord] Ja, in de wijk vind ik wel dat wij tijd hebben voor mensen. In het ziekenhuis zijn patiënten op jouw werkplek en in de wijk is mijn werkplek bij mijn cliënten thuis. Dat maakt toch dat je op een hele andere manier contact legt met je cliënten. 

Collegialiteit op de werkvloer

[vraag] Hoe zit dat met collega’s, hoe kom jij die tegen?

[antwoord] Tijdens de ochtendroute heeft iedereen altijd een kwartier pauze om een kopje koffie te drinken. We proberen het altijd zo te plannen dat we dan even samenkomen. Als dat niet lukt, zien we elkaar na de ochtendroute vaak wel even. 

Overdag ben je soms alleen aan het werk, soms met zijn tweeën. Wanneer je met zijn tweeën bent dan heb je ook tijd om wat dingen te overleggen. Bijvoorbeeld even bij te praten over cliëntsituaties of over privézaken. 

In de avonddienst is dat eigenlijk hetzelfde. Dan proberen we namelijk ook altijd wat te plannen, zodat je elkaar even ziet. Dat is ook fijn.

De band met en het vertrouwen van cliënten

[vraag] Is het niet zo dat er bij cliënten verschillende medewerkers langskomen? Of kan het ook zijn dat je de enige bent die bij een cliënt zorg levert? 

[antwoord] Dat ligt heel erg aan de zorgvraag en aan de cliëntsituatie. De meeste cliënten van ons ontvangen persoonlijke verzorging, wondzorg, begeleiding met medicijnen, etc.

Dat wordt eigenlijk door ons allemaal gedaan. Maar daarnaast hebben wij ook allemaal onze eigen cliënten, waar je de enige van het team bent die deze cliënten bezoekt. 

Zo heb ik een cliënt, een mevrouw die een CVA (Cerebro Vasculair Accident) heeft gehad. Hierdoor had zij begeleiding nodig en wat controle op de medicatie. Deze cliënt was echter een erg zorgmijdende dame. 

Daar ben ik als eerste zorgprofessional over de over de drempel gestapt. Anderhalf tot twee jaar lang, was ik de enige van het team die bij haar langs kwam. 

[vraag] Wat doet dat met je?

[antwoord] Het schept een hele andere band met een cliënt. 

[vraag] Is dat ook wat jij eigenlijk zo mooi vindt aan het vak? Dat je met dit soort situaties te maken krijgt?

[antwoord] Ja. Iedere cliënt is anders en het ligt ook echt heel erg aan de zorgvraag van de cliënt. Sommige mensen zijn ook echt afhankelijk van onze hulp. Kunnen zonder onze hulp niet meer thuis blijven wonen. 

[vraag] Hoe los je dat op? Hoe win je dat vertrouwen?

[antwoord] Dat ligt vaak ook aan de cliënt, maar meestal begin ik gewoon met iemand leren kennen. Dan ga ik er één keer in de week heen en dan drinken we een kopje koffie of thee samen. Ik vraag iemand naar zijn of haar leven. Op dat soort momenten ontdek ik wel dingen waar ik op kan inhaken. 

Verpleegkunde is meer dan alleen zorg verlenen

[vraag] Kan je ook een voorbeeld geven van ‘mijn vak is zo mooi, hiermee kan ik ook anderen inspireren?’ Naast die mevrouw die net wat stug was en waarmee je desondanks toch een mooie band hebt kunnen opbouwen.

[antwoord] Genoeg. Eentje die mij nog altijd bij blijft was in de tijd dat ik hier net kwam werken. Wij hadden een meneer in zorg met een spierziekte en zijn situatie ging langzamerhand steeds verder achteruit. 

Meneer had steeds meer hulp nodig.Ik merkte aan mezelf dat ik tijdens de zorgverlening bij hem niet zozeer bezig was met wat ik aan het doen was, dus met het verpleegkundige stukje. Maar veel meer met het menselijke stukje. 

Ik was uren op een dag bij hem om met alles te helpen waar nodig en ondertussen waren we aan het kletsen. Tijdens het eten samen een beetje televisie kijken. Dat zijn ook hele mooie momenten die je kan hebben met een cliënt. 

[vraag] Dus die meneer heeft dat ook gewaardeerd? Daar kon je ook echt een band mee opbouwen? 

[antwoord] Jazeker. Heel bijzonder. 

[vraag] Ook wel heel moeilijk als het dan om een of andere reden weer is afgelopen, kan ik me voorstellen?

[antwoord] Je komt in iemands huis, je helpt iemand met wat nodig is. Iemand kan het enorm waarderen dat wij voor diegene klaarstaan.

Daarna ga ik weer verder. In een dorp is het ‘ons kent ons’,  dus de meeste cliënten kom je toch nog wel een keer tegen als ze de hond uitlaten of in de supermarkt. Dat vind ik ook wel wat hebben.

Wijkverpleegkundige in een dorp

[vraag] Zou jij ook in Nijmegen, in de stad willen werken?

[antwoord] Nee. Ik heb ook heel bewust voor op een vacature in het dorp gesolliciteerd. Dat dorpse past wel bij mij. 

[vraag] Hoe gaat dat? Deze mensen kom je nog in het dorp tegen, maar er zullen ook cliënten zijn waarvan het leven eindigt in de tijd dat jij er was? Hoe vind je dat?

[antwoord] Ja, er wordt gauw gezegd ‘het hoort erbij’ en dat is ook wel zo, maar wij zijn ook maar mensen en dan zeker als je lange tijd bij een cliënt over de vloer komt. Je zo intensief contact met iemand hebt gehad. 

Je iemand ook echt persoonlijk hebt leren kennen en iemand mij persoonlijk heeft leren kennen. Want ook dat kan ik kwijt in mijn werk. Dus dat doet echt wel wat met mij. 

Ik probeer het altijd vanuit de positieve kant te bekijken, wat ik nog voor iemand heb kunnen betekenen in het laatste stukje van iemands leven. Dat ik dat heb mogen doen voor iemand. Daar doe ik het voor. 

[vraag] Heb je ook contact met anderen in relatie met de verzorging van cliënten?

[antwoord] Ja, met familieleden. En natuurlijk veel contact met andere disciplines. De huisarts, soms is er nachtzorg of zetten we ook 24-uurs zorg in. Dat kan heel intensief zijn.

[vraag] Ja, maar voor jou dus toch een mooi vak?

[antwoord] Prachtig. Ik zou niks anders willen. Ik zou ook niks anders kunnen denk ik.

Ontwikkeling in de zorg

[vraag] Ben je nu eigenlijk uitgeleerd of blijf je je ontwikkelen? Hoe gaat dat?

[antwoord] Ik heb mijn diploma als verpleegkundige, waarmee ik eigenlijk overal als verpleegkundige kan werken. Maar je bent nooit uitgeleerd, want er blijven ontwikkelingen in het vakgebied ten aanzien van alles. 

Je houdt je protocollen en je richtlijnen bij en volgt scholingen wanneer dat nodig is. Je kunt je ook nog specialiseren, verder studeren. En dat is  misschien ook wel iets wat ik ooit nog wil gaan doen. 

[vraag] Je hebt dus genoeg mogelijkheden om je nog verder te verbreden en verdiepen? 

[antwoord] Ja, meer dan genoeg.

[vraag] Wat adviseer je andere mensen die nu voor een studiekeuze staan?

[antwoord] Er zijn een hele hoop studiekeuzetests die je kunt doen. Dat heeft het voor mij alleen maar bevestigd. Er kwam niks nieuws uit voor mij. Ga ook naar open dagen toe.

[vraag] Eigenlijk vooral meekijken en voelen, vooral voelen als ik jou zo hoor, of het wat voor je is? 

[antwoord] Bij mij in ieder geval wel. 

Emma, heel erg bedankt voor jouw mooie verhalen en jouw sprankeling want dat vind ik heel erg leuk om te horen. Bedankt dat je hier je verhaal wilde vertellen en we gaan elkaar vast nog tegenkomen.